Overbruggingskrediet berekenen, hoe zit dat?

overbruggingskrediet berekenen

Dit artikel gaat over het overbruggingskrediet berekenen. Hoe kan je de hoogte daarvan berekenen? Maar eerst wat is het en hoe vraag je zo’n krediet aan?

Wat is een overbruggingskrediet?

Je hebt een nieuwe woning gekocht en die dient natuurlijk te worden betaald. Doorgaans heb je daarvoor het geld nodig dat je gaat ontvangen door de verkoop van je oude woning. Als die verkoop nog niet heeft plaatsgevonden, dan heb je tijdelijk geld nodig totdat dat wel het geval is. In zo’n geval heet een lening een overbruggingshypotheek of -krediet. Dat geld betaal je aan de kredietverstrekker terug, zodra je oude woning is verkocht. De looptijd is dus niet vast.

overbruggingskrediet berekenen

Aanvragen van een overbruggingskrediet

Een overbruggingskrediet vraag je aan bij de verstrekker van de hypotheek voor je nieuwe woning. Dat geldt als je die hypotheek niet nodig hebt en alleen een overbruggingskrediet. In dat geval is je bank wellicht een optie. Kredietverstrekkers zijn namelijk niet altijd even happig op het verlenen van een overbruggingskrediet, vanwege het risico dat ze lopen. Je oude woning is namelijk nog niet verkocht. De looptijd van dit type krediet is van een half tot twee jaar. Voor het bereiken van de einddatum moet dat worden afgelost. Als je oude woning dan nog niet is verkocht, dan kan het krediet wellicht worden verlengd.

Een overbruggingskrediet berekenen

We geven hier een voorbeeld, waaruit duidelijk wordt hoe je een overbruggingskrediet berekent. Stel dat je oude woning een waarde heeft van 220.000 euro en dat van de hypotheek daarvoor nog 180.000 euro openstaat. De overwaarde is dan 40.000 euro. De andere woning die je wilt kopen, heeft een waarde van 240.000 euro. De kredietverstrekkers gebruiken voor het berekenen van het overbruggingskrediet een percentage van de verwachte opbrengst van je oude woning. Dat is doorgaans 85 of 90 procent. Van 220.000 euro bedraagt 90 procent 198.000 euro. Dat bedrag min de openstaande restschuld van 180.000 euro van de lopende hypotheek resulteert in een overbruggingskrediet met een hoogte van 18.000 euro.